Iedereen kent die mooie Olympische gedachte “deelnemen is belangrijker dan winnen”. En op een avond als deze is er niemand die het tegendeel zal beweren. Winnen is van geen belang meer. Je weet precies wie die
avond je concurrenten/ vrienden zullen zijn, en hoeveel seconden sneller of trager ze zijn. Dat is al jaren zo en zal in het beste geval nog jaren zo blijven.
We zijn het er dus over eens dat winnen niet onze motivatie is om deel te nemen aan een wedstrijd. Maar waarom zou deelnemen dan wel belangrijker zijn? Is het ons te doen om die paar seconden die we soms van onze besttijd doen, en de andere keer er weer bij doen, ik denk het niet… Is het ons te doen om de lekkere boterhammen met kop achteraf, misschien voor sommige… Is het ons te doen om de lekkere chocolaatjes die we kregen… Ook dat geeft niet de doorslag volgens mij, hoewel de chocolaatjes wel een extra stimulans zijn om volgend jaar opnieuw in te schrijven.
Eigenlijk kunnen we na een korte denkoefening stellen dat deze Olympische gedachte niet echt van toepassing is op de Masters. Want we komen niet naar een wedstrijd omdat we willen winnen, en we zijn niet uit op een beloning omdat we hebben deelgenomen. Wat drijft ons dan wel? Misschien de zekerheid dat we mensen zullen zien waarmee we het goed kunnen vinden en waarmee we eens goed kunnen lachen. Misschien het feit dat ons lichaam bij voorbaat tevreden is. Want een vermoeid lichaam geeft in dit geval vaak een verkwikkende geest. Misschien gewoon het besef dat we een mooie avond winnen als we deelnemen…
En dit besef maakt onze denkoefening iets eenvoudiger . We draaien die mooie Olympische gedachte gewoon een beetje… “Bij de Masters is deelnemen altijd een beetje winnen,… “